CWO-systeem

 

Zeilschool Windemanneke werkt in zijn zeilcursussen volledig volgens het CWO-systeem voor zeilscholen.

 

 

                                                                           

 

 

De Commissie Watersport Opleidingen is een samenwerkingsverband van ANWBHISWA, Watersportverbond en ISAF.

 

De CWO bewaakt, als overkoepelende organisatie, de kwaliteit en uniformiteit van watersportopleidingen binnen Nederland. Dit staat garant voor zeillessen op het hoogste niveau volgens de veiligste en beste methodes. Ook is het mogelijk om via het erkende diplomasysteem een CWO-diploma te behalen.

 

Hieronder staat samenvattend weergegeven hoe het systeem werkt.

Voor alle informatie zie: www.CWO.nl

 

Om een CWO-diploma te verkrijgen, zal men door een door de Commissie Watersport Opleidingen erkende instructeur beoordeeld moeten worden, bijvoorbeeld door een zeilinstructeur van Zeilschool Windemanneke.

 

Deze beoordeling kan plaatsvinden tijdens de cursus of buiten cursusverband bij een door de CWO erkende opleidingslocatie. Zeilschool Windemanneke is zo’n erkende opleidingslocatie. 

 

Voor de beoordeling wordt gebruik gemaakt van een CWO-vorderingenstaat. De daarop aangegeven onderwerpen

kunnen in willekeurige volgorde worden afgetekend of afgestempeld zodra de cursist het betreffende onderdeel beheerst. Deze vorderingenstaat blijft eigendom van de cursist totdat alle onderwerpen

zijn afgetekend. Daarna wordt het diploma uitgereikt.

 

Bij een vervolgopleiding tekent de opleidingslocatie de volgende beheerste onderdelen op een nieuwe vorderingenstaat af. Zodra alle onderdelen zijn afgetekend, reikt de opleidingslocatie het betreffende

diploma uit aan de kandidaat.

 

De datum waarop het eerste praktijkonderdeel is afgetekend en de datum waarop het laatste praktijkonderdeel wordt afgetekend, moeten binnen hetzelfde vaarseizoen liggen (hetzelfde kalenderjaar). Voor de theorieonderdelen geldt echter dat deze vervallen na een periode van 18 maanden.

 

De geldigheid van één vaarseizoen (praktijk) en 18 maanden (theorie) impliceert niet dat alle vaardigheden die een kandidaat had op het moment van aftekenen ook daadwerkelijk nog beheerst worden. Vanzelfsprekend zal de beheersing van onderdelen minder worden als zij niet regelmatig beoefend worden. Een opleidingslocatie zal daarom altijd mogen verifiëren of de afgetekende onderdelen nog daadwerkelijk beheerst worden. Indien dit niet het geval is, zullen deze vaardigheden eerst weer op niveau gebracht moeten worden.

 

Als alle eisen afgetekend zijn, moet het diploma binnen zes maanden worden uitgereikt. Na deze periode verliest de vorderingenstaat zijn geldigheid. Het diploma heeft echter een ongelimiteerde geldigheidsduur.